GA2002 – Val Bedretto, Zwitserland/Italië

DCF 1.0

Facts

Regio:
Zwitserland – Valle Bedretto (kaart: Nüfenenpass)
Italië – Valle Formaga (kaart: Kompass 89)

Route en overnachtingen:


Foto’s

Gijs

Oliver


Story

Door de ogen van een nieuw lid door de bergen –
donderdag 12 september t/m dinsdag 17 september 2002

proloog
Ergens in augustus belde Henk mij op en vroeg of ik zin had om een paar dagen in Noord-Italië te gaan bergwandelen. Dat leek me wel wat. Ik wist dat Henk dat eerder gedaan had, in gezelschap van een wisselende hoeveelheid mannen. Henk vroeg naar bergschoenen en rugzak en mompelde nog iets van reglementen op een website. Dat webadres ontving ik een dag of wat later via e-mail. Na het lezen van de VVVWW-reglementen kon ik me helemaal vinden in de doelstellingen en de missie. Alleen die passage over lidmaatschap voor het leven heb ik over het hoofd gezien.

dag 0 – woensdag 11 september
Onzeker van mijn rol de komende dagen – met welke meute ben ik een week onderweg? – en met een te zware, maar nog steeds niet volle, rugzak (van 70 liter) neem ik de trein van Amsterdam naar Heerlen. Voor deze GA is Heerlen aangewezen als centraal aankomst- en vertrekpunt. Chauffeur Henk – aspirant-leden krijgen een voorkeursbehandeling? – haalt mij af bij het station. Na het nuttigen van friet – 4 porties voor 3 personen: “Ik heb thuis een zwangere vrouw zitten” – blijkt Angelo de eerstvolgende te zijn die arriveert. De Utrecht-groep met het voltallige bestuur aan boord – een rijdende ledenvergadering – wordt ondanks het vertrek om 19 uur niet voor 23 uur verwacht en doet zijn reputatie eer aan.
Ze zijn nog niet binnen of Karin wordt de woonkamer uitgedreven, het krat bier komt midden in de kamer te staan en Gijs geeft de laatste updates en de eerste aanwijzingen. De ledenvergadering heeft zich vanuit de Tora Bora naadloos verplaatst naar de woonkamer, die later ook prima als slaapzaal dienst blijkt te kunnen doen. Henk verdwijnt enige tijd, maar blijkt de verenigingsreglementen in het roze te hebben uitgeprint. Over mijn status weet de ledenvergadering ter plekke te bepalen dat ik mij vanaf morgen, na het nuttigen van de eerste alcoholische drank in de hut, lid mag noemen. Joost is weliswaar niet aanwezig, maar zijn niet te overtreffen reisverslag van de afgelopen GA wel!

dag 1 – donderdag 12 september
De nacht is kort, de morgen vroeg. Frank heeft zijn “VVVWW meeting”-bord uiteraard mee onder de voorruit van de auto. Maar hoe verklaren we later op de dag vanaf Keulen die colonne van drie auto’s van verschillende nationaliteiten die met uiteenlopende snelheden probeert diverse parkeerplaatsen tegelijkertijd aan te doen? Roger staat in ieder geval om 7.15 uur op de Parkplatz van Raststätte Aachener Land al vroeg te tippelen om mee te mogen. Hein heeft zich eveneens verdacht, edoch op tijd, opgesteld tussen ontwakende truckers op een afgelegen parkeerplaats langs de Autobahn. De mist hangt nog in de lucht, maar de stemming is goed.
De rit door Duitsland vlot bijzonder goed. Omdat Angelo bijzonder allergisch is voor het uitgeven van geld in Zwitserland, nuttigen we onze late lunch annex vroege avondmaaltijd nog net voor de grens. Bratkartoffeln, Schnitzel, Bratwürste, Spaghetti – een bergwandelaar moet aan zijn koolhydraten denken. In Zwitserland verbazen we ons over de netheid waarmee elk plekje gras langs de snelweg gemaaid is. Ze zijn hier dus echt zo netjes. Ze weten zelfs rijen vrachtwagens netjes langs de kant van de snelweg te zetten.
En omdat we zo netjes op tijd zijn, nemen we de Gotthard-pas in plaats van de gelijknamige tunnel. De eerste hoogtemeters op de top geven spontaan aanleiding voor een potje voetbal. Wout speelt vrijwillig voor doelschijf. Om 17.00 uur staan 9 volwassen mannen zich aan de voet van de Nufenen-pas in een haarspeldbocht uit- en om te kleden. De stijging naar de eerste hut op 2.338 m duurt krap een uur. Even slaat wanhoop toe als er wordt geconstateerd dat het VVVWW-bord nog onder de voorruit van Frank’s auto hangt. Volgend jaar toch maar petjes met opdruk meenemen?
Nooit geweten dat 40 Italo-Zwitserse schoolkinderen zo’n herrie kunnen maken; we krijgen ze er gratis bij. En nog voor het avondeten zijn twee liter rode wijn (uit Ticino, dus lokaal) in ons, ik mag mij lid van dit illustere gezelschap noemen en na het eten zijn er in totaal zes flessen leeg. Willkommen in der Schweiz! Wij gaan naar bed; de Hüttenwirt gaat nog even brood halen in het dal.

dag 2 – vrijdag 13 september
De juffrouw van de schoolkinderen laat sommigen niet meer los. Toch weten we om 9.00 uur de Corno-Gries in westelijke richting te verlaten. Gijs blijkt een eigenschap te bezitten die hij tenminste dagelijks, bij behoefte echter meerdere malen op een dag, dient te herhalen: Gijs kalibreert. Here I sit and hesitate, shall I shit or callibrate. De Grote Kalibrator gaat ons voor als we de mist in lopen. De koffie op de Gries-pas bij de metalen schuilhut smaakt goed, zodat we gesterkt de mist kunnen ontstijgen. Angelo blijkt een zakje witte additieven bij zich te hebben die Frank herkent als een cadeautje uit Suriname.
Na de eerste forse afdaling kunnen we in de rifugio de Cittá di Busto (2.482 m) een heerlijke middagmaaltijd tot ons nemen. De zon schijnt volop, maar gelukkig heeft Hein, via zijn contacten met de internationale fraudebestrijding, voldoende zonnecrème bij zich zodat negen mannen er ook een week mee aan het strand hadden kunnen liggen. Lekker geurtje trouwens.
De hut met de illustere naam 3A (Italiaans equivalent van K3) is gesloten, dus daar slapen we niet, maar hij ligt op 2.970 m hoogte, dus hij is wel een bezoekje waard. Terwijl de mannen op handen en voeten naar 3 km hoogte kruipen, proeven Frank, Henk en uw verslaggever in de rifugio Césare Mores (2.450 m) alvast of de koffie wel smaakt – “Sie trinken Italienischen Kaffee!” – en of het bier de juiste temperatuur heeft. Hoewel ook wij, buiten gezeten in de zon op stenen aldus proberen af te zien, dringt de Hüttenwirt aan op het gebruik van zijn strandstoelen. Wij konden niet weigeren, dat zou uiteraard onbeleefd zijn geweest.
De Hüttenwirt blijkt niet alleen over strandstoelen, maar ook over kookkunsten te beschikken. Ook hij heeft een vrouwvrij weekend en werkt secuur. Dat laatste komt het tempo niet, maar het eindresultaat wel ten goede. De hoeveelheid eten is zeker niet ondermaats. Wij dienen – als enige gasten vanavond – alles te verorberen, maar de Monte Polenta is iets te hoog voor ons. Wij vrezen dat we de volgende ochtend polentabrood bij het ontbijt zullen krijgen. De gebakken uitjes en de limoentaart smaken uitstekend. Een zwarte kat op vrijdag de 13e doet de vraag rijzen wie er morgen in het ravijn valt. We zitten vol, spreken af dat er alleen buiten geruft mag worden en Henk mag onder het open raam slapen.

dag 3 – zaterdag 14 september
Geen polenta bij het ontbijt, maar wel lekker brood en vleeswaren. De ochtend is guur. We zitten in de schaduw en in de wind, onder een strakblauwe hemel. De thermometer toont 0º C, maar het voelt frisser. Volgens het laagjesprincipe kunnen na een kwartier lopen de dikke kleren dan ook weer uit. Na een halfuur verdwijnen zelfs de eerste broekspijpen in de rugzak. Het wordt warm!
De afdaling naar het stuwmeer bedraagt ruim 600 m en omdat de route van vandaag iets té simpel is, bouwen we twee extraatjes voor onszelf in: onverhard om het Lago di Morasco (1.815 m) heen en onverhard omhoog naar het Lago Castel (2.216 m). Helaas raken we na het stuwmeer het pad kwijt. Gelukkig weten we nog wat koeiesporen dwars door het struikgewas te volgen. De lunch nuttigen we gezeten in een wei pal naast een restaurant. Iedereen wil tenslotte van die extra kilo’s salami, cervelaat, chorizo, Hartkeks, koekjes, pinda’s, mueslirepen, ontbijtkoek, biscuits, chocolade, powerrrrbars en andere eetbaren af. Gijs komt tot de ontdekking dat zijn benzinebrander (na 20 jaar trouwe dienst; aanschafprijs ƒ 27,50) de geest heeft gegeven. En die 9 maal 4 porties Cup-a-soup? Angelo toont aan dat Hartkeks met Cup-a-soup-tomaat goed als imitatie-minipizza kan fungeren.
De cascate del Toce (1.618 m) is indrukwekkend, maar ons zelfgekozen pad naar de top loopt de andere kant uit. Het is smal, modderig, steil; de eerste 500 m stijging doen we in 1 uur. Hein & Roger trekken een sprint en zitten in het gras en in de zon al aan het bier, als de rest de hut binnendruppelt. De rifugio Maria-Luisa (2.160 m) is helaas niet de prettigste, maar je kunt er bier drinken, Solo spelen, eten, douchen en slapen. Wat heeft democratie eigenlijk met bergwandelen te maken?

dag 4 – zondag 15 september
8.00 Uur ontbijten. Vandaag is de derde wandeldag. De vorige twee dagen hebben we ‘ingelopen’ voor deze dag. We weten nog niet wat ons te wachten staat, maar daar komen we wel achter. We beginnen met een klim van 500 m over rotsen naar de grens. Het uitzicht vanaf de top – de grens tussen I en CH – over het dal met de Basòdino-gletsjer op de rechterflank is prachtig. We moeten zoeken naar een pad, maar weten er een vast te houden, maar ook weer kwijt te raken.
Op de helling hoog boven de cap. Basòdino zijn we het spoor bijster, maar Gijs weet ons met zijn GPS feilloos over de berg te kalibreren naar het achtergelegen stuwmeer. Of was er sprake van interferentie door de hoogspanningskabels? Angelo reserveert onder applaus voor de zekerheid slaapplaatsen in de hut – gelukkig heb je tegenwoordig met je GSM bijna overal bereik.
De afdaling over asfalt vanaf het stuwmeer had niet gehoeven, omdat je ziet dat je aan de andere kant weer omhoog moet. Frank’s powerrrbars worden nog eens rond gereikt, voordat we de klim naar de Cristallina-hut inzetten. Roger komt vloekend bij de in aanbouw zijnde hut aan, als hij merkt dat die nog niet in gebruik is: de eigenlijke hut staat een paar honderd meter lager. Met vermoeide benen afdalen komt de coördinatie niet ten goede.
Als Henk met Frank in de hut aankomt, kun je de vermoeidheid aan Henk’s agressie aflezen: ‘t liefst zou hij iemand willen slaan! Gijs kan dat bevestigen, want we hebben in het horizontale vlak meer dan 17 km afgelegd met drie behoorlijke pieken in het verticale vlak. Ter combinatie van beide doet het begrip mental distance zijn intrede.
De houten noodhut in het dal (2.349 m) – begrijpelijk dat de vorige hut al twee keer door lawines is weggeslagen – is klein en vooral rokerig. De Hüttenwirt – vermijd zijn vrouw aan te spreken, want dodelijke blikken zullen u ten deel vallen! – heeft “voor het eerst” problemen met de rookafvoer van zijn houtkachel. Met tranende ogen eten we onze risotto.
De wijn maakt de spieren weer wat los, de tongen ook en een spelletje Solo gaat er altijd wel in. De rest van de hutbezoekers is al naar bed, als wij van de Hüttenwirt – brrr, nog steeds in korte broek – een dienblad limoncella krijgen aangeboden “per il fumo”!

dag 5 – maandag 16 september
Als wij opstaan, gaat een oud echtpaar al de deur uit. Vanwege de zware tocht van gisteren, het geplande teruglopen over een deel van de gelopen route en de aansluitende klim naar 2.698 m, ontstaat er een splitsing in de groep. De ene helft wil lopen als gepland, de andere helft wil het dal uit lopen en buitenom bij de Corno Gries geraken: langer maar minder hoogtemeters. Bij vertrek blijkt het pad naar de 2.698 m te zijn weggeslagen, het alternatief van onze Hüttenwirt is hier de berg over en aansluiten op de Strada del Alpi. De groep is weer herenigd!
Voor we vertrekken zorgt de overvliegende en landende helikopter voor veel spektakel. Bij de koffiepauze na de lange afdaling naar de Strada blijkt Jan cementspatten te hebben opgevangen van de continu overvliegende helikopter met bouwmaterialen voor de nieuwe Cristallina-hut. Gijs weet 3 Marsen naar rato over 9 personen te verdelen. Wout en ondergetekende weten een geheel nieuwe dimensie aan een dakgoot te geven. De Alpenhöhenweg slingert heen en weer, omlaag en weer omhoog. Op het laatste stuk van de route langs het Val Bedretto – met in de verte uitzicht op de Corno-Gries – heeft fysiotherapeut Roger een knie niet meer geheel onder controle; Frank heeft last van de vergezichten naast hem. Bij de kapel San Giacomo (2.254 m) zijn we blij dat we niet de route over de achterliggende berg hebben genomen. Met man en macht proberen we de laatste hoeveelheden eetbaren te verwerken, terwijl Wout in z’n eentje probeert een Zwitserse bunker binnen te dringen op zoek naar water.
Na een uur lopen zit het erop: de Corno-Gries is bereikt! Alweer zit er een groep van 40 schoolkinderen in de hut, maar alweer hebben ze een leuke juffrouw bij zich! Roger haalt eindelijk zijn fles whisky te voorschijn, die aanleiding geeft voor weer een vaststelling: er kunnen maar 9 man mee met een GA, meer whisky gaat niet in de fles. Ad fundum! Verder graag 2 cola, 2 thee en 5 bier.
Bij het avondeten vallen risotto en een tepeldessert ons ten deel. Men weet zich nog te herinneren welke wijn we vier dagen eerder dronken, we hebben een indruk achtergelaten. Na het eten komt Solo weer op tafel en Gijs blijft 5’en achter elkaar opgooien. Jan probeert alsmaar nieuwe spelregels te introduceren. Henk kan niet meer dan 12 kaarten in één hand houden. Hein adviseert Frank graag over diens speelwijze. Angelo moet weer een beurt overslaan. Oliver wil Gijs’ kaarten niet hebben. Wout wint. Roger vermaakt zich ondertussen met pagina 130, 131 en 132 van Der Stern.

dag 6 – dinsdag 17 september
Je kunt onze wandeling ook per ATB afleggen. Althans, dat blijken de beide heren uit Basel te kunnen, die ons ook kunnen uitleggen waarom Oost-Duitsland onder water heeft gestaan. De afdaling naar de auto’s is in minder dan een halfuur gemaakt. Hein vertrekt alvast zongebruind via de Nufenen-pas naar Zuid-Frankrijk. Of hij de volgende keer zijn auto niet zo asociaal wil parkeren. De achterblijvers aanvaarden de terugtocht naar het Lage Noorden. Toch jammer van dat terras van de Raststätte dat aan het meer had moeten liggen. Des avonds is Zuid-Limburg weer bereikt; dat dit kan in één dag rijden van huis! Eenieder gaat zijns weegs na een uiterst geslaagde GA 2002! Ik ben lid voor altijd.

epiloog
Eén van de doelstellingen van deze GA was het bedenken van een verenigingslied. Angelo heeft onderweg bewezen een goede en tekstvaste zanger te zijn, maar een VVVWW-lied is er niet van gekomen. In afwijking van hetgeen in de reglementen is bepaald hebben de leden tijdens de GA geen Risk aangeraakt. Daarentegen is het door Jan aanbevolen en in iedere hut beschikbare Solo a.k.a. Uno een aanvaardbaar alternatief. Misschien moeten we volgend jaar een aggregaat meenemen om Gijs’ elektronica van elektriciteit te voorzien. Hij hoeft geen 16 batterijen meer mee te slepen om zijn GPS, digitale camera en Palm te voeden. Dan is ter vervanging van de benzinebrander ook een elektrische kookplaat te overwegen.

hoogtepunten
Hét absolute hoogtepunt van deze GA was de 3A op 2.970 meter (voor diegenen die daar geweest zijn). De GA had echter ook meerdere relatieve hoogtepunten: Angelo weet stimulerende middelen onopvallend over de grenzen te smokkelen. Frank’s auto haalt met gemak 200 km per uur. Gijs kan overal de ledenadministratie en zijn boodschappenlijstjes bijwerken dankzij zijn Palm. Hein combineert deelname aan een GA met de vakantie van zijn gezin. Henk’s kleurige blokjeshemd en zijn snurken gaan al jaren mee. Jan loopt even soepel bergaf als bergop en denkt nu al na over de 10e GA. Oliver is volledig vrouwvrij en op zoek naar een nieuwe rugzak. Roger is als fysiotherapeut aanhanger van de Hollandsche Leer: het komt vanzelf, het gaat vanzelf weer weg. Wout heeft 4 dagen in de volle zon met Gamaschen gelopen.


Deze GA werd mede mogelijk gemaakt door:

  • Brand Bier;
  • Deloitte & Touche België;
  • ESRI Nederland;
  • Lancaster Deutschland;
  • en Gijs.

© VVVWW 2002 Oliver Wagemann


Maps


Profiles

Dag 1
Dag 2
Dag 3
Dag 4